Mijn gezin en ik zijn op vakantie in een buitenlands dorp dicht bij een waterval. Ik heb mijn voeten in het beekje.
Ik hoor opeens geschreeuw, ik herken het gelijk, het is de stem van mijn broertje. Ik sprint op het geluid af en zie mijn broertje van 4 en een half in het water spartelen, hij kan namelijk nog niet zwemmen. Hij verdwijnt onder water, en ik spring achter hem aan. Het water trekt aan me, ik ben bang maar zet toch door. Ik voel me benauwd, slap en met mijn laatste krachten duw ik mijn broertje op de kant. Dan word ik zelf onder water geslingerd, dieper en dieper, totdat ik verdrink.
